Het is 26 mei, 2558. Het is een koel vijftien graden op de rode stranden van Mars. Basketbalscores gaan omhoog; minigolfscores gaan omlaag. En de honderd-miljardste persoon ter bekende werelden werd net geboren onder de zeeën van Tau Ceti. Welkom in de toekomst.
De grote hemel heen is een scifi-uchronie die al half een decennium in mijn hoofd zit te marineren; nu gooi ik voor het eerste keer mijn kunstwereld cyber-on-line (zoals de kinderen zeggen). Het zal waarschijnlijk even een paar momenten duren — ik moet er drie eeuwen van geschiedenis hier uitschrijven! — maar ik hoop dat je wat plezier kunt krijgen van wat er al hier zit.
Algemene beginselen in willekeurige volgorde
- Het afwijkpunt is 18 februari, 1980, wanneer een Sovjet surveillant opgenomen wordt in een ziekenhuis in Kaboel. Vier dagen later bestormt een woedende menigte het Afgaans presidentieel paleis en doden ze Babrak Karmal, de marionet van de USSR.
- Het is geen utopia, maar dingen in 2558 zijn beter dan nu. De democratie blijft leven, de Aarde is in vrede, menselijke cultuur is in een gouden eeuw — geen van die dystopische rommel.
- Er is geen singulariteit. Ja, technogenen kunnen snéller denken dan ongewijzigde mensen, en ze denken ánders, maar die dingen vertalen zich niet per se naar slímmer denken. Een mens met genoeg toewijding zou (heeeel langzaam) samen kunnen volgen met de logica van een technogeen als die zo geduldig was om haar uit te leggen.
- Sapiën-samenleving heeft zo ver geen contact gecontroleerd met intelligente leven van buitenaardse oorsprong.
Laat een reactie achter